De spotter gestraft

Ten tijde dat de kerk van Gulpen nog een simultaankerk was, en men zijn godsdienstplichten in bepaalde streken niet geheel vrij kon uitoefenen, trok toch op een kermiszondag te Gulpen de bronk uit.

Zoals altijd gebruikelijk was, nam men ook enige stemmige uiterlijkheden mee; een schoon Mariabeeld, voorafgegaan door bruidjes en maagden met palmen, bracht een devotievolle stemming. Er waren slechts enkele kijkers langs de wegen, want iedereen wilde meetrekken.

In en rond Gulpen woonden enkele niet-katholieken. Bijna al deze mensen beschouwden het houden van zulk een bronk als superstitie, doch ze vielen de katholieke bevolking er verder niet bepaald lastig om.

Nochtans was er een onder hen, kersvers in deze streek gekomen, die het geval eens ging bekijken; hij stond langs de weg de superstitieuze processiegang toe te zien, en spotte om de grenzeloos eenvoudige domheid van de bevolking hier. Toen hij het Maria ­ beeldje zag, dat voorafgegaan en omringd was door bruidjes en schildknapen en maagden, ging zijn spotlust in een woede over. Hij wilde dit uiten door een autoritair luid en verachtelijk lachen.

Echter, als hij zijn eerste lachgeluid uitstiet, bleef zijn mond verkrampt in de lach staan. En het heeft dagen geduurd, eer hij zijn mond weer normaal kon krijgen; maar als hij ooit weer lachte, kwam zijn mond weer krampend scheef te staan.

Bron: “Volksverhalen uit Nederlands Limburg” Dr. Tjaart W.R. de Haan en Willem de Blécourt red (1981) .- Utrecht/Antwerpen: Het Spectrum